Plons

Plons (°ongeveer 1988 –
gestorven 12/03/2006) Na Plons 1,5 jaar bij ons te mogen hebben, moesten
we de heel pijnlijke beslissing nemen om hem te laten inslapen.

Het is allemaal snel gegaan. Plonske had Plons enkele maanden geleden
zijn eerste epilepsieaanvallen gekregen. Er ging gelukkig een hele tijd
overheen alvorens hij daar terug last van kreeg. Echter een viertal
weken geleden had hij weer zo’n dag met 3 aanvallen na mekaar. De dag
daarop nog eens 1 aanval en weer was het voorbij.

Plons hield zo vast aan zijn leventje en wilde echt niet lossen. Dat was
ons al lang duidelijk. Anders was hij immers geen anderhalf jaar bij
ons geweest. Want toen we hem overnamen vanuit het asiel van Wommelgem
waar hij zo ziek was binnengebracht, gaven we hem hooguit nog een
maand. Gelukkig hebben we ons daarin serieus vergist!

Een week later echter na die laatste epilepsieaanval zagen we hem echt
bergaf gaan. Normaal kwam hij bij het eten geven altijd mee op de
keukenkast zitten. Een privilege dat enkel aan Plons en Froemel is
toegekend. We moesten hem echter de laatste week helpen om erop te
geraken. We gaven hem volle boter, wat hij enorm graag lustte. Hij kreeg
6 keer per dag eten, want hij at elke keer met beetjes en had zodanig
al snel terug honger. Toch bleef hij zijn gewoontes zowat behouden. Als
we ergens zaten, kwam hij erbij zitten, liefst op schoot. Als we aan
tafel gingen om te eten, zat Plonske ons al op te wachten. Altijd zat
hij op schoot tijdens onze maaltijd. Zonder hem dan aan te raken, spinde
hij een gans verhaal.

We merkten wel dat hij nog meer begon af te vallen ondanks zijn goede eetlust en dat zijn krachten echt wegebden.

Dan kwam die dag dat we duidelijk zagen dat Plonske uitgeput was. Hij at
en dronk nog wel goed, maar de fut en levenslust doofde uit. We merkten
dat hij uur na uur geliger begon te worden wat wees op het finale
opgeven van de nieren. We besloten met een zware steen in de maag om de
dierenarts dadelijk te bellen om hem van zijn lichamelijke zorgen te
verlossen.

Op die manier wilden we te allen tijde voorkomen dat Plons zou sterven
op een niet-dierwaardige wijze. Eens de nieren het finaal opgeven, kan
het immers zeer snel gaan en zoiets gaat gepaard met veel pijn. Dat
hebben we gelukkig kunnen voorkomen want de dierenarts was een half uur
later bij ons.

Plons is rustig op de zetel waar hij lag te rusten, ingeslapen.

Hoe zeer het ons ook pijn doet, waren we opgelucht dat we er bij waren op het moment dat hij ons echt nodig had.

We zullen Plons nooit vergeten. Hoewel we alle inwoners een warm hart
toedragen, was Plons toch echt nog dat ietsje anders, ietsje
specialer…

Hij heeft ons zoveel gegeven. En overal in huis waar we nu gaan, missen
we Plonske… de gekke kikker. We lachen er nog mee, zij het dan met
tranen in de ogen.